Eerste bogen stationsluifel

Eerste bogen stationsluifel

Het nieuwe Mechelse station krijgt stilaan vorm. Aan de Arsenaalzijde van het station verrijzen de eerste staalconstructies die deel uitmaken van de toekomstige overkapping van de sporen. Dat is nu het geval boven de nieuwe sporen 11 en 12, maar dezelfde constructie zal de volgende jaren ook worden toegepast boven alle sporen. De boogvorm geeft de overkapping een opvallende sierlijkheid.

Het station in Mechelen wordt de volgende jaren niet alleen volledig vernieuwd, maar ook uitgebreid. Om tegemoet te komen aan de vraag naar meer capaciteit en om in te spelen op de noden voor de hogesnelheidstrein, wordt het aantal sporen en perrons opgevoerd van 10 tot 12. En het zijn precies de extra sporen 11 en 12 die nu gebouwd worden. Dat gebeurt in twee fases. De ruwbouw was vorig jaar al afgewerkt en in het najaar is aannemer CIT Blaton gestart met de voorbereidende werken voor de overkapping van deze sporen. Die bestaat uit drie enorme bogen van elk 60m overspanning. Voor de vormgeving lieten de architecten Bono en Turchak zich inspireren op de historische Vierendeelbruggen.

De productie van deze stalen elementen werd toevertrouwd aan Ferrokonstrukt.  Deze Belgische staalbouwer heeft de voorbije jaren ook al de nieuwe stationsoverkapping in Oostende voor haar rekening genomen. In hun ateliers in het West-Vlaamse Meulebeke worden de drie onderdelen van elke boog volgens de hoogste kwaliteitsnormen afzonderlijk gefabriceerd en stuk voor stuk naar Mechelen overgebracht. Aan de Jubellaan rijden de vrachtwagens – soms gaat het om uitzonderlijke transporten – de spoorbypass op en lossen hun vracht dan ter hoogte van de perrons 11 en 12. Met telescopische kranen van de firma Sarens worden de verschillende elementen dan op elkaar geplaatst. In deze fase van de werken geeft dat weinig problemen omdat men nog vrij ver van het druk gebruikte spoor 10  blijft. Maar toch worden ook nu al de grootste veiligheidsmaatregelen getroffen om te beletten dat het treinverkeer hinder zou kunnen ondervinden.

Elke boog bestaat effectief uit drie onderdelen. Onderaan worden de V-vormige voeten stevig in de perrons verankerd. Daar worden dan de zogenaamde broekstukken op vastgemaakt en die vormen uiteindelijk de steunpunten voor de echte boogstukken.

Als alles volgens schema verloopt, moeten de drie bogen nog voor het bouwverlof geplaatst zijn. Dan kan men beginnen met het dichtleggen en waterdicht afwerken van het gedeelte dat zich boven de sporen bevindt. Vervolgens zal men de lichtstraten boven de perrons afwerken. Daarvoor gebruikt men ETFE, een lichtdoorlatende kunststof die een pak goedkoper en onderhoudsvriendelijker is dan een klassieke constructie uit glas. Ook het aanbrengen van de gevelplaten aan de Arsenaalzijde behoort tot deze fase van de bouw van het nieuwe station.

Volgens de huidige planning moeten de sporen en perrons 11 en 12 na de zomer van 2020 klaar zijn en in gebruik genomen worden voor onder meer de hogesnelheidstrein.

Technische gegevens

Perronoverkapping 11 en 12: lengte 200m, breedte 20m, max. hoogte 14m

48 stalen modules vormen samen 3 bogen van elk 60m

12 voetstukken verankerd op 528 punten

In totaal 1.000 ton staal

2 kranen met een hefvermogen van 90 ton

 

 

Bouwheer: NBMS Stations

Hoofdaannemer: CIT Blaton

Constructiewerken: Ferrokonstrukt

Kranen: Sarens